Zwangerschapsverlof en zwangerschapsuitkering

Nu je zwanger bent is het ook tijd om alvast aan je zwanger- en bevallingsverlof te denken. Hoelang is je verlof en wanneer geef je dat door aan je werkgever. Misschien ben je zelfstandige of heb je geen werk, wat moet je dan doen? Lees het onderstaande artikel en je bent helemaal op de hoogte.

Hoe kan ik mijn zwangerschapsverlof en bevallingsverlof berekenen?

Je hebt recht op 6 weken zwangerschapsverlof en minstens 10 weken bevallingsverlof. In totaal heb je dus recht op minstens 16 weken verlof. Een deel van het bevallingsverlof mag je gespreid opnemen.

Zwangerschapsverlof berekenen

zwangerschapsverlof duurt tot en met de dag van de bevalling. Het begin van je verlof bereken je door vanaf de dag na de uitgerekende bevallingsdatum 6 weken terug te tellen.

Je moet uiterlijk 4 weken voor de dag na de uitgerekende bevallingsdatum met zwangerschapsverlof. Wat je minder aan 6 weken zwangerschapsverlof opneemt, tel je op bij het bevallingsverlof. Ga je bijvoorbeeld 5 weken voor de dag na de uitgerekende datum met verlof, dan tel je 1 week op bij je bevallingsverlof. Wordt je kind later dan de uitgerekende bevallingsdatum geboren, dan wordt je bevallingsverlof hierdoor niet korter.

Bevallingsverlof berekenen

Bevallingsverlof gaat in op de dag na je bevalling. Het verlof duurt minstens 10 weken. Ook als je baby later dan de uitgerekende datum wordt geboren. Je zwangerschapsverlof en bevallingsverlof samen duren dan langer dan 16 weken.

Baby te vroeg geboren

Is je baby te vroeg geboren? Dan tel je de dagen dat je zwangerschapsverlof korter duurde dan 6 weken, op bij je bevallingsverlof. De totale verlofperiode is altijd 16 weken.

Een voorbeeld:
Je stopt 6 weken voor de dag na de uitgerekende datum met werken. Jou baby wordt 1 week voor die datum geboren. Je hebt dan 5 weken zwangerschapsverlof en 11 weken bevallingsverlof. In totaal heb je dus 16 weken verlof.

Baby te laat geboren

Wordt je baby geboren na de uitgerekende bevallingsdatum? Dan tel je de dagen tussen geboorte en uitgerekende bevallingsdatum op bij de termijn van 16 weken. De totale verlofperiode duurt dan langer dan 16 weken.

Een voorbeeld:
Je stopt 6 weken voor de dag na de uitgerekende datum met werken. Jou baby wordt 2 weken na deze datum geboren. Je hebt dan 8 weken zwangerschapsverlof en 10 weken bevallingsverlof. In totaal dus 18 weken verlof.

Zwangerschapsverlof bij uitkering

Ben je zwanger en krijg je een WW-, ziektewet- of  loongerelateerde WGA-uitkering van UWV? Dan gaat jou verlof in tussen 6 en 4 weken voor de dag na uw uitgerekende bevallingsdatum. Je bepaalt zelf op welke dag je het verlof laat ingaan.

Bevallingsverlof in delen opnemen

Sinds 1 januari 2015 kan je de laatste periode van uw bevallingsverlof in delen opnemen. Het gaat om het verlof dat overblijft na 6 weken na de datum van de bevalling. Dit deel van het verlof kan je gespreid opnemen over een periode van maximaal 30 weken. Je doet dit uiteraard in overleg met jou werkgever.

De totale duur van het verlof verandert hierdoor niet. Ook de uitkering en de manier van uitbetaling blijft hetzelfde. UWV betaalt de uitkering uit alsof je het verlof in een aaneengesloten periode opneemt.

Wil je de laatste periode van jou verlof in delen opnemen? Dan vraag je dit uiterlijk 3 weken na het begin van het bevallingsverlof aan bij jou werkgever. De werkgever stemt binnen 2 weken met het verzoek in. Hij mag dit alleen weigeren als het bedrijf ernstig in de problemen komt.

Extra bevallingsverlof bij ziekenhuisopname kind

 Als jou kindje langer dan een week in het ziekenhuis heeft gelegen, kan je recht hebben op extra bevallingsverlof. Zo kan je jou kindje een aantal weken thuis verzorgen. Voor verlenging van het bevallingsverlof geldt dat:

• Je geen extra verlof krijgt over de 1e week dat jou baby in het ziekenhuis lag. Als jou baby bijvoorbeeld 2 weken in het ziekenhuis moest blijven, kan jou verlof 1 week langer duren.
• Afhankelijk van de situatie kan je maximaal 10 weken extra bevallingsverlof krijgen. Er geldt wel een week ‘eigen tijd’, omdat het niet ongebruikelijk is dat een kind na de geboorte een korte periode in het ziekenhuis verblijft. Kijk op de website van het UWV hoe je dit extra bevallingsverlof berekent.

Zwangerschapsverlof en feestdagen

Valt je zwangerschapsverlof of bevallingsverlof samen met een feestdag? Dan krijgt je geen extra verlof. Ook heb je geen recht op een vergoeding. Zwangerschapsverlof en de eerste 6 weken van het bevallingsverlof moet je altijd aaneengesloten opnemen. Daarbij wordt geen rekening gehouden met feestdagen en dergelijke. Je kan een verlofdag die op een feestdag valt niet alsnog op een ander moment opnemen.

Andere afspraken cao

In een cao kunnen andere afspraken staan over zwangerschapsverlof en feestdagen. Bijvoorbeeld dat je tijdens een feestdag jou verlof op een ander moment mag opnemen. Als dat zo is, dan gelden deze afspraken.

Hoe kan ik zwangerschapsverlof en een zwangerschapsuitkering aanvragen?

Als je werkt, dan vraag je een zwangerschapsverlof aan bij jou werkgever. Heb je een uitkering, dan vraag je verlof en uitkering aan bij UWV. Als zelfstandige kan je mogelijk een uitkering bij UWV aanvragen.

Zwangerschapsverlof aanvragen bij werkgever

Je vraagt zwangerschapsverlof en bevallingsverlof aan bij jou werkgever. Dit doe je uiterlijk 3 weken voordat je verlof ingaat. Dat is ten minste 7 weken voor de uitgerekende bevallingsdatum. Want je zwangerschapsverlof begint uiterlijk 4 weken voor deze datum.

Bij de aanvraag geef je een zwangerschapsverklaring van je huisarts of verloskundige af waarin de uitgerekende bevallingsdatum staat.

Werkgever mag verlof niet weigeren

De werkgever mag het verlof niet weigeren. Krijg je hierover een meningsverschil met jou werkgever? Dan kan je contact opnemen met de ondernemingsraad of medezeggenschapsraad van de organisatie.

Zwangerschapsuitkering via werkgever

Tijdens je zwangerschapsverlof en bevallingsverlof heb je recht op een zwangerschapsuitkering. Jou werkgever vraagt de uitkering aan bij het UWV. Meestal ontvangt de werkgever de uitkering. Hij betaalt dan jou loon gewoon door tijdens je verlof.

De zwangerschapsuitkering is gelijk aan 100% van jou dagloon (loon dat je gemiddeld per dag verdient). Maar het is niet meer dan het maximumdagloon. Een lager inkomen tijdens een voorafgaande ziekte- of verlofperiode heeft geen invloed op de hoogte van uw uitkering.

WAZO-uitkering via UWV

Bent je zwanger en krijg je een WW-, ziektewet- of loongerelateerde WGA-uitkering van het UWV? Dan heb je tijdens je zwangerschaps- en bevallingsverlof recht op een zwangerschaps- en bevallingsuitkering (WAZO) in plaats van je huidige uitkering. WAZO staat voor Wet arbeid en zorg. Je vraagt de uitkering minimaal 8 weken voor uw uitgerekende bevallingsdatum aan bij UWV.

Zwangerschapsverlof en zwangerschapsuitkering zelfstandige

Heb je een eigen bedrijf en bent je zwanger? Mogelijk kom je dan in aanmerking voor een ZEZ-uitkering. ZEZ staat voor de regeling Zelfstandige en Zwanger. Voor de periode rond de bevalling kan je een zwangerschaps- en bevallingsuitkering aanvragen bij het UWV. Deze ZEZ-uitkering duurt minimaal 16 weken. Klik hier voor de site van de Rijksoverheid

Extra bevallingsverlof na ziekenhuisopname baby (‘couveuseregeling’)

Heeft jou kind langer dan een week in het ziekenhuis gelegen? Dan kan je bevallingsverlof maximaal 10 weken langer duren.

Je vraagt de uitbreiding van je bevallingsverlof aan bij je werkgever. Als je een uitkering hebt, vraag je dit aan bij UWV.

Verlof en uitkering bij overlijden van de moeder

Als de moeder overlijdt tijdens het bevallingsverlof, dan kan haar partner het overblijvende verlof overnemen. Ook als de moeder geen recht had op bevallingsverlof of zelfstandige was. Het gaat dan om verlof voor de periode tot 10 weken na de bevalling. Ben jij de partner? Dan vraag je het verlof aan bij je eigen werkgever. Of bij UWV als je een uitkering hebt.